08-12-2025
De collectieve zorgverzekering
Lees verder
Geplaatst op: 08-12-2025
Toen Martin van Eijk in juni vorig jaar aanschoof als bestuurslid bij Drive, had hij niet kunnen vermoeden dat hij een jaar later al de voorzittershamer zou hanteren. “Dat had ik eerlijk gezegd niet zo snel voorzien,” zegt hij terugkijkend. Toch groeide het bijna vanzelf: door de verschuivingen binnen het bestuur, het vertrek van Charlotte die haar blik op andere terreinen richtte en zijn eigen lange geschiedenis binnen de branche.
“Ik heb altijd een sterke band gehad met Beta en dan nu Drive. Zij hebben mij in het begin geholpen met mijn tankstation. Het voelt mooi om nu iets terug te kunnen doen. De stap voelt als eer en verantwoordelijkheid tegelijk. Een bestuurslid denkt mee; een voorzitter trekt de kar. Je bent er veel meer tijd aan kwijt,” zegt Martin nuchter. “Maar ik had ruimte in mijn agenda en vooral: ik had er zin in om te helpen bij de invulling van de gezamenlijke ambitie van Drive.”
Sinds februari, ruim vóór zijn officiële benoeming tijdens de ledenvergadering op 12 juni, was Martin achter de schermen bezig om zich het voorzitterschap eigen te maken. Samen met Charlotte en de andere bestuursleden werd een nieuwe strategie voorbereid. De kern: Drive actiever naar buiten laten treden. Meer zichtbaar zijn in de media, duidelijker stelling nemen in maatschappelijke discussies en de verbinding met leden verdiepen. “Dat is echt een bewuste keuze geweest,” vertelt Martin. “We willen ons profileren, laten zien waar we voor staan.” Die koersverandering werd snel tastbaar.
Binnen honderd dagen verdubbelde het aantal volgers op LinkedIn, werd het aantal lezers van de nieuwsbrief vergroot en verschenen de eerste Drive-statements: prikkelende stellingen over thema’s als accijns, tabak en elektrisch laden, bedoeld om het publieke en politieke debat te voeden.
De eerste maanden leverden meteen concrete resultaten op. Het meest in het oog springt de discussie rond de accijns. Drive wist via De Telegraaf, Radio 1 en Hart van Nederland aandacht te vragen voor de gevolgen van de geplande verhoging. Het leidde ertoe dat het kabinet de maatregel voorlopig niet doorzette. “Dat voelt als winst,” zegt Martin. “We hebben laten zien dat we gehoord worden.” Ook in de discussie rond verzorgingsplaatsen wist Drive invloed uit te oefenen.
Bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat werd helder gemaakt dat pomphouders ook laadfaciliteiten moeten kunnen aanbieden. Het resultaat: geen verplichte scheiding tussen tanken, laden en de shop. “Dat is belangrijk voor de toekomst van onze branche.” Daarnaast schoof Drive aan bij gemeenten als Amsterdam en Tilburg om mee te praten over zero-emissiezones en de rol van tankstations in de transitie. “We zitten aan tafel en dat is precies wat we willen: niet afwachten, maar actief meedenken.”
Naast de politieke lobby is er ook binnen de vereniging veel in beweging gezet. Drive organiseert steeds vaker thematische bijeenkomsten met Drive Connect: sessies over HR, vastgoed of andere onderwerpen die niet alleen de ondernemer, maar ook medewerkers direct raken.
“We willen nadrukkelijk de hele onderneming betrekken, niet alleen de eigenaar. Dat geeft meer diepgang en betrokkenheid.” Ook loopt een campagne om werken in de branche aantrekkelijker neer te zetten. Via social media wordt het beeld van het tankstation als werkgever vernieuwd. De eerste resultaten zijn zichtbaar: meer reacties van potentiële medewerkers en een groeiend aantal locaties dat zich aansluit bij Drive.
Martin is enthousiast en ziet volop kansen om de ingezette lijn verder uit te bouwen. De komende tijd richt Drive zich op het vasthouden van de successen rond accijnzen, maar ook op andere dossiers, zoals de geplande stop van verkoop van tabak in 2030. “Wat gebeurt er met onze tankstations als die
verkoop verdwijnt? Dat willen we duidelijk maken en in cijfers onderbouwen.”
Daarnaast blijft zichtbaarheid een speerpunt. Via pers, social media en campagnes wil Drive nadrukkelijk aanwezig zijn in het publieke debat. “Alleen zo zorg je dat we als branche serieus worden genomen.”
Na honderd dagen kijkt Martin terug op een intensieve maar inspirerende start. Van mediacampagnes tot gesprekken met ministers: het voorzitterschap bracht hem meteen midden in het speelveld van politiek, media en ledenbelangen. “Het geeft een andere dimensie aan wat ik doe,” zegt hij. “Je bent met heel andere zaken bezig dan ondernemen alleen. Ik merk dat ik dat ontzettend leuk vind. En ik doe dit natuurlijk samen met een sterk team, de vier gepassioneerde en betrokken bestuursleden en het secretariaat, want alleen samen maken we het verschil.”