Geplaatst op: 07-07-2025

‘Het clubhuis is ons 3D-fotoboek’

In de carwashwereld is ANAC een speler van formaat. Wat begon als een agrarisch familiebedrijf groeide in ruim tachtig jaar tijd uit tot een onderneming met veertien moderne autowasstraten in Nederland en België, vier benzinestations, vastgoed én een self-storage bedrijf. Toch draait het niet allemaal alleen om commercie. In de kelder van het hoofdkantoor in Nijmegen ligt misschien wel het hart van de onderneming: het clubhuis. Geen publiek museum, maar een besloten ruimte vol herinneringen, verhalen en tastbare sporen uit het verleden en van het tot nu toe afgelegde pad.

 

De wortels van het bedrijf gaan terug tot 1940, toen de vader van de huidige eigenaar, Lex Peters, zijn handel begon in granen en kunstmest. In 1965 greep hij de kans om met de tijd mee te bewegen.

 

“Hij groef een gat in de grond, plaatste twee tanks en begon met het verkopen van benzine,” vertelt Lex. “Nederland ging immers massaal autorijden.” Niet lang daarna kwam er een garagebedrijf bij, gevolgd door twee wasboxen waarin mensen hun auto met de hand konden wassen. “Dat was toen echt nieuw,” vertelt Lex. “Mensen vonden het leuk om zelf hun auto te wassen. We waren pioniers op dat gebied.”

 

Kantelpunt

De transformatie van servicestation naar selfservicetankstation was een kantelpunt in de geschiedenis van het bedrijf. De ouderwetse pompbedienden met tas met geld om de nek maakten plaats voor zelfbediening, een shop en een groeiend aanbod aan auto gerelateerde producten. In deze periode werd ook de eerste echte wasstraat gebouwd. “Het was een bewuste keuze om niet met rollovers te werken waarbij de auto stilstaat, maar met een doorlopende wasstraat die efficiëntie en beleving combineert,” licht Lex toe.

 

Een echte fanaat

In de loop der jaren ontwikkelde de onderneming zich verder en speelde daarbij steeds in op de wensen en behoeften van de consument. Lex nam het stokje over van zijn vader, toen nog samen met zijn broers. “Voor mij was het eigenlijk heel logisch dat ik in het bedrijf zou gaan werken. Die passie voor auto’s zit er al mijn hele leven in. Ik ben nu 64, maar nog steeds een echte fanaat. Ik doe aan autosport en rijd onder andere de Dakar Rally. Auto’s zijn gewoon ontzettend leuk. Wat autowassen zo mooi maakt, is dat je er al je kwaliteiten in kwijt kunt: technisch, commercieel, alles komt op een heel natuurlijke manier samen. En ik ben nog steeds elke keer aan het bouwen.”

 

Groeien als een sneeuwbal

Lex onderneemt op zijn eigen manier: met een scherp oog voor techniek en innovatie. “Ik ben een techneut. Toen we de eerste wasstraat hadden, een Duitse machine, dacht ik meteen: dit kan beter.” Hij begon te sleutelen, verbeterde de aandrijving, verving staal door roestvrijstaal en de harde nylon borstels door zacht textiel. “Niemand wast zijn gezicht met een nylon borstel. Waarom dan wel een auto?” ANAC groeide gestaag en telt inmiddels veertien vestigingen en ruim 300 medewerkers. “Ik zie winst niet als eigen vermogen,” verklaart Lex het succes. “Het is werkkapitaal en dat investeer ik altijd weer terug in het bedrijf. Zo is het gegroeid als een sneeuwbal.”

 

Clubhuis, geen museum

Dertien jaar geleden brak opnieuw een bouwfase aan. Het oude tankstation werd gesloopt en maakte plaats voor een modern bedrijfsgebouw, inclusief ruime winkel, kantoorruimtes en een kelder. “Toen dat gebouw klaar was, vroeg ik me af: wat moet ik eigenlijk met die kelder van 400 vierkante meter?” Het antwoord kwam als vanzelf. Lex had door de jaren heen van alles bewaard: oude onderdelen, stukken van machines, foto’s, documenten. “Sommigen noemen het een museum. Ik noem het liever het clubhuis. Een museum is statisch, daar mag je niet aan de spullen komen, het clubhuis leeft.”

 

Alles heeft een verhaal

Het clubhuis is geen opslag voor rommel, maar een warme, sfeervolle plek vol betekenis. Alles wat er staat heeft een verhaal. Er is zelfs een bar, maar niet zomaar een. “Ik heb 25 jaar lang een kartbaan gehad. Toen ik die locatie ging verhuren, kwam de bar vrij. Die staat nu hier. Ik heb slechts twee dingen aangeschaft voor het clubhuis: een poolbiljarttafel en een tafelvoetbalspel. Vroeger had ik thuis al een poolbiljart, maar die was zo krom als een hoepel; die ballen rolden alle kanten op. Nu staat er een die we echt kunnen gebruiken. Een deel van de medewerkers die op kantoor werkt, komt hier lunchen. Dus die pooltafel en dat tafelvoetbalspel worden gretig gebruikt. Het is gewoon een relaxte ruimte, met een paar televisies aan de muur. Je kunt er echt even lekker chillen.

 

3D-fotoboek

Het clubhuis is niet openbaar toegankelijk, maar wordt af en toe opengesteld voor bijvoorbeeld ondernemersbijeenkomsten of voor nieuwe medewerkers.
“Veel jongeren die hier binnenkomen, denken dat ik in een nieuwe BMW geboren ben. Maar dat is dus niet zo. Als je dan kunt laten zien waar we vandaan komen; dat is een heel bijzondere route geweest. Van bijna niks naar iets heel moois.” Het clubhuis functioneert dan ook als een soort 3D-fotoboek, een tastbaar verhaal van bijna een eeuw ondernemerschap. “Als je huis afbrandt, wat neem je dan mee? Je partner, je kinderen, huisdieren natuurlijk, maar het liefst ook je herinneringen. En dat is dit ook: een plek voor herinneringen.” Het clubhuis is eveneens een plek van verbinding. “Ik heb er eens een ontbijtsessie georganiseerd voor zestig ondernemers. Staand, met van die kleine hapjes, een soort petit fours. Er ontstond vanzelf een leuke dynamiek.”

 

Eerbetoon

Toch wil Lex niet overkomen als iemand die in het verleden blijft hangen. “Ik ben niet iemand die alleen maar terugkijkt. Maar als je ouder wordt, ga je die
historie wel meer waarderen. Het helpt ook om richting te geven aan de toekomst. Je weet beter waar je vandaan komt.” De vraag of het clubhuis moet blijven bestaan als Lex zich ooit terugtrekt uit het bedrijf, beantwoordt hij zonder twijfel. “Dat hoop ik. Dat zou ik heel leuk vinden. Het is een eerbetoon aan alles en iedereen die bij ANAC betrokken is geweest. Mijn zoon is 32, werkt ook in het bedrijf en kijkt anders naar de onderneming dan ikzelf – logisch, gezien het leeftijdsverschil – maar ik hoop dat de waarde van het clubhuis doorgegeven wordt. Als je niet laat zien waar je vandaan komt, hoe kun je daar dan bewust van zijn? Dat geldt voor mensen, maar net zo goed voor bedrijven.”

 

Ondernemen is als een roltrap

Wat Lex als ondernemer het meest drijft? “Dat is eigenlijk heel eenvoudig,” zegt hij, “ik word gelukkig als dingen draaien. Als processen lopen, als alles op
z’n plek valt. Ondernemen is als een roltrap die naar beneden gaat. Doe je niets, dan sta je beneden. Maar beneden heb je geen uitzicht. Dus je moet doorlopend stappen blijven maken, voortdurend in beweging blijven om bovenaan te blijven. Dáár heb je uitzicht, daar wil je zijn!”

 

Passie als fundament

Wat opvalt in het verhaal van Lex is dat alles voortkomt uit passie. Voor auto’s, techniek, ondernemen, maar ook voor mensen én voor Dakar Rally’s. “Ik geloof dat je jezelf in het leven moet blijven uitdagen. Mijn liefde voor auto’s begon vroeg. Ik leerde autorijden toen ik zes was, met tweeoudere broers, en op mijn zevende sloeg ik voor het eerst met een auto over de kop. Dat klinkt misschien alsof ik niet goed bij mijn hoofd was, maar wij waren gewoon altijd met auto’s bezig. Er was ruimte genoeg op de boerderij en zo is mijn passie ontstaan. Vooral het rijden zelf, het extreme rijden, vind ik geweldig. De Dakar Rally is daarin voor mij de ultieme uitdaging: duursport, survival, avontuur en tegelijkertijd ook een vorm van ontspanning. Je komt er totaal andere mensen tegen dan in het dagelijks leven en het haalt je helemaal uit je routine. Na drie weken in Saudi-Arabië kom ik terug alsof ik anderhalve maand van de wereld ben geweest. Dat is misschien nog wel het mooiste eraan: het reset je volledig.”

 

Dat is ondernemen

Lex sluit af met een advies voor jonge ondernemers die een passie hebben, maar nog twijfelen om die te volgen: “Het hele leven draait om kiezen. ‘Nee’ is vaak een prima keuze, maar met ‘ja’ krijg je het meeste voor elkaar. Wat je vooral niet moet doen, is níét kiezen, want dan gaat de tijd met jouw kansen aan de haal. Je blijft dan onderaan die roltrap staan, terwijl je eigenlijk omhoog wilt. En eerlijk is eerlijk: je kunt beter een blauwtje lopen dan een groentje blijven. Dat geldt privé, maar zeker ook zakelijk. Hoeveel mensen zeggen achteraf: ‘had ik maar…’. Maak gewoon keuzes, ook al zijn ze niet altijd goed. Fouten maken is niet erg. Deel het met de mensen om je heen, lach erom en leer ervan. Dat is ondernemen.”